Gepubliceerd in LINDAnieuws, 20 juni 2016
Het is precies twee jaar geleden dat ik met mijn gezin naar Uruguay verkaste. Mijn kinderen waren toen 1 en 4 jaar oud. Op het eerste gezicht oer-Hollandse kinderen.
De Argentijnse genen van papa verstopt onder blonde haren en lichte ogen. Die blonde haren hebben ze nog steeds, maar verder is er weinig Nederlands meer aan.
Sinterklaas en pindakaas
Toen we uit Nederland vertrokken, stond voor mij één ding buiten kijf: ik zou met mijn kinderen Nederlands blijven spreken en ervoor zorgen dat ze sommige Nederlandse normen, waarden en tradities mee kregen. Wat mijn dochter betreft, was dat zeker haalbaar, dacht ik. Ze praatte al honderduit, haar Hollandse wortels waren geschoten. Van Sinterklaas en verjaardagspartijtjes tot krentenbollen en pindakaas. Mijn zoontje was pas 1 jaar, maar voor hem zou ik gewoon Nijntje en Bob de Bouwer met de haren erbij slepen.
Geen kringgesprek maar dansen
Toen we in Uruguay aankwamen, begrepen mijn kinderen de Spaans taal wel, maar ze spraken het nauwelijks. Drie maanden later sprak mijn dochter vloeiend Spaans. De nieuwe school was wel even schakelen. Ze begon de dag niet in de kring met een boekje, maar dansend op muziek. Na een paar maanden bewogen mijn kids zich als een vis in het water. De Uruguayaanse gewoonten en gebruiken werden beetje bij beetje onderdeel van hun jonge systemen.
Integreren
Ondertussen praten ze evenveel met hun handen als met hun mond. Ze delen kussen en knuffels uit aan bekenden en onbekenden. En als ze ’s middags een tosti krijgen, vragen ze wanneer ze echt gaan eten. Fantastisch om te zien hoe makkelijk kinderen zich aanpassen en hoe vanzelfsprekend ze integreren. Zoals ik me had voorgenomen heb ik altijd Nederlands met mijn kinderen gepraat en geprobeerd sommige Nederlandse tradities erin te houden. ’s Avonds een Nederlands boekje lezen voor het slapen gaan. Schoen zetten rond Sinterklaas. Eieren schilderen met Pasen.
Geen Nederlands meer
Hoe langer ik weg ben, hoe meer ik het gevoel krijg dat Nederland als een glibberige massa door mijn vingers slipt. Van de ene op de andere dag kwam mijn dochter Spaans ratelend uit school. Toen ik tegen haar zei: “In het Nederlands,” antwoordde ze: “Ik ben moe, mam, ik wil geen Nederlands praten.” Sindsdien praat ze steeds vaker Spaans tegen me. Ook mijn zoontje gooit steeds vaker zijn kont tegen de krib. In zijn peutertaal delft Nederlands het onderspit. Dat is misschien heel logisch, maar ergens doet het toch een beetje pijn.
Van Ajax naar Peñarol
Voordat ik emigreerde, voelde ik me eigenlijk nooit echt heel Nederlands. Met mijn man sprak ik Spaans, in het weekend aten we ’s middags vaak warm en zo kende ons gezinsleven nog meer niet-Nederlandse facetten. Maar ik merk dat ik verder ‘van huis’, mijn Nederlandse wortels probeer te herplanten. Als mijn dochter het heeft over de voetbalwedstrijd tussen Nacional en Peñarol, denk ik onbewust: en Ajax en Feynoord dan? En als ze het heeft over de kunstenaar Juan Manuel Blanes, brult mijn moederhart om Rembrandt.
Patatje speciaal
Ik ben niet de enige Nederlander in den vreemde die soms met een brok in de keel naar de pindakaas grijpt. Op Facebook zijn verschillende groepen van Nederlanders in het buitenland. Hierin worden vaak foto’s gedeeld van opgestuurde ‘Hollandse pretpakketten’, of van het geliefde patatje speciaal met een zelfgebakken kroket. Deze beelden worden bejubeld en honderden keren geliket door andere Nederlandse wereldburgers. Bijna iedereen kijkt Nederlandse televisie en op 5 december wordt Sinterklaas wereldwijd onthaald.
Eye opener
Vasthouden aan eigen taal en tradities is denk ik iets dat gewoon in de mensheid zit. Gelukkig vinden de Uruguayanen het prachtig als ik op het schoolplein mijn kinderen in het Nederlands begroet. Ook zouden ze graag eens een oranje tompouce proeven. Ze laten me zijn wie ik ben en applaudisseren zelfs vanaf de zijlijn. Daardoor stel ik me open en kan ik goed integreren. Een echte eye opener. Want zouden buitenlanders in Nederland niet diezelfde tolerantie moeten voelen? Dat Nederlandse keurslijf past echt niet iedereen en dat is ook helemaal niet erg. Als men dat in gaat zien, komt die integratie vanzelf.
Wat een leuk verhaal zeg! Ik ken hier in Colombia ook Nederlandse moeders met kleine latinootjes haha 🙂 Leuk om te zien hoe dat proces van aanpassen anders gaat bij kinderen dan bij volwassenen.
LikeLike
Bij kinderen gaat dat inderdaad heel anders dan bij volwassenen! Grappig dat je in Colombia hetzelfde ziet 🙂
LikeLiked by 1 person
Wat leuk. Ik herken het nog niet, maar dat komt misschien als bij mij de jongste ook naar school gaat. Daarbij spreken we thuis Nederlands, dus zal daardoor het Nederlands wel iets meer blijven hangen. Overigens zeggen wij bij de Zwitsers altijd Doei! Vinden ze leuk 🙂
LikeLike
Wat grappig! Bij mijn kinderen was het naar school gaan ook een ‘turning point’, maar wie weet gaat het bij jullie wel anders! Thuis Nederlands spreken zal in ieder geval veel verschil maken!
LikeLike
What a nice story to read! As an uruguayan living in The Netherlands, I know that it is not easy to get used to such a different culture. But I know that it is possible to teach your kids your mother language. Both of my kids ( now 19 and 17 ) speak spanish with me and dutch with their father, my husband. It is such a blessing for them to have both cultures, and both languages. They are dutch teenagers, but they are also a bit latinos. A language is also a key to another world…
LikeLike
That is great to read, Marina! I hope that with my kids it will be the same 🙂
LikeLike